(REISVERHAAL) ‘Trap ‘m, trap ‘m, trap ‘m!’ roept Luciano over de radio. ‘And now full speed, Claudia. Full speed. Go, go, go! The sand is soft.’ Eric stampt op het gaspedaal om onze 2.4 liter diesel op de hoge duin voor ons te krijgen. De motor van de auto loeit, de toerenteller staat in het rood. Ik hou mij vast aan het handvat boven het portier en moedig de auto aan: ‘Kom, kom, kom!’ De adrenaline giert door onze lichamen, mijn maag zit in mijn keel. We zijn zes dagen op pad met de groepstour ‘Faces of the Namib’ van Live the Journey in het Namib-Naukluft National Park. We gaan dwars door de Namibische woestijn. Hier mag je alleen onder begeleiding rijden: zonder hulp kom je nooit veilig door deze ruige zandzee vol duinen, rotsen en rollercoasters.
We zijn samen met Kees en Yvon vier weken op reis in Namibië. Lees ook de twee verhalen die vooraf gingen aan deze groepstour door de Namib desert: Op reis door Namibië: Windhoek, Waterberg en Khaudum en Namibië roadtrip: onvergetelijke avonturen in de Zambezi regio
Tsauchab River Camp
In het Tsauchab River Camp ontmoeten we onze reisgenoten voor de komende zes dagen, we gaan op pad met acht Zuid-Afrikanen, twee Noren en in totaal zes Nederlanders. We leveren ons tijdens de ‘Faces of the Namib’- tour over aan de professionele begeleiding van Luciano, Steven en Lucas. Dit is zonder twijfel de meest uitdagende trip die wij ooit hebben gemaakt. Totaal ongeschikt voor pussies.
De eerste briefing bij aankomst op het kamp is kort: na de kennismakingsborrel hebben we om 19.00 uur een gezamenlijk diner, de volgende ochtend om 7.00 uur ontbijt. Tijdens het ontbijt wordt in iedere auto een radio gebouwd en een antenne op het dak geplaatst, daarna gaan we naar Solitaire voor de laatste tankbeurt en een stuk appeltaart voor de liefhebbers. ‘The rest I will tell you when we are in the concession, after we closed the gate. To prevent you don’t dare anymore,’ legt Luciano uit. Dat belooft morgen wat!
Een betoverende woestijn
Ik vind het retespannend en ook Eric zit met een strak gezicht achter het stuur. In konvooi rijden we het Namib-Naukluft National Park binnen. Kees en Eric merken al bij de eerste duinen dat onze 2.4 liter Hiluxen aan kracht tekortkomen en de komende dagen tot het uiterste gedreven moeten worden om bij te benen. Iedere duin is een verrassing en vraagt om opperste concentratie. We dansen en glijden door het zand. ‘Baia lekker!’ klinkt het door de radio. De omgeving is betoverend, ik kan niet anders zeggen.
We beginnen met vriendelijke oranjerode duinen. Hoe dichter we naar de kust gaan, hoe witter en hoger de duinen zullen worden. We laten de banden leeglopen (voor meer grip) en stoppen om de schuivende balen hout en waterkannen beter te vast te leggen op de daken van de auto’s. Onze eieren krijgen een veilig plekje op de achterbank. Luciano gaat voorop, Steven en Lucas sluiten het konvooi. Via de radio’s geven we belangrijke informatie over de route aan elkaar door: ‘Car 2. It’s nice and round up here. Sand is hard.’ Dat is goed nieuws: lekker makkelijk.
Kuiseb Canyon
De plek waar we het kamp voor de nacht opzetten ligt beneden in de rivierbedding. Net voor het eind van de rit trakteert Luciano ons op een adrenaline kick: ‘Car 2, long slipface in front of you.’ ‘Copy that,’ antwoordt Femke met vrolijke stem. ‘Which gear?’ ‘Low gear, come over and take it easy. Keep the moving sand in front of you. Next car can follow.’
Wij zijn de vierde in de rij. De Hilux van Kees en Yvon kantelt over de zandduin en staat met zijn voorwielen aan de andere kant. Na een paar seconden storten ze zich in de diepte en verdwijnen uit ons zicht. Steven staat bovenop de rand en geeft ons het teken te komen. Omdat Eric het risico niet wil lopen dat hij bovenop blijft hangen, geeft hij een tikkeltje te veel gas, waardoor wij in een ruk over de duin duikelen. Ik geef een – redelijk beschaafde – gil als ik de steile afgrond voor me zie verschijnen. O God, o God!
Het zand vertraagt ons en we schuiven op langzaam tempo de rivierbedding in, waar we de daktenten open kunnen klappen voor de nacht. Ontspanning. Met bubbels en oesters vieren we het overleven van deze eerste dag. Oesters in de woestijn! Het kan niet gekker. Tot zover de luxe. Het tentje met chemisch toilet, brengt ons zonder pardon met beide benen terug op aarde.
De avond valt vroeg, we eten heerlijke lamsstoofpot met pompoen en romige gele rijst. Met verbazing scheppen we onze bordjes vol: hoe krijgen die drie mannen dit allemaal voor elkaar op deze plek? We zitten rond het vuur en zetten de kennismaking met de groep voort onder het genot van een hapje, drankje en de nodige lachsalvo’s.
Snotplakkie
De dag begint met een ontbijtbuffet van ‘heb-ik-me-jou-daar’ en een briefing. De suggestie van Kees om het vandaag ‘ladies day’ te maken, wordt alleen door Femke en Landy aangenomen: de twee lady-thrillseekers in ons midden. Geen haar op míjn hoofd denkt eraan om het stuur over te nemen en via de steile rotsen uit deze bedding te rijden. Het pad dat we volgen is nauwelijks een pad te noemen. In mijn ogen grenst dit aan het onmogelijke. Luciano denkt daar geheel anders over: ‘Turn of your traction control. Low range first gear, guys.’ We volgen in traag tempo.
Bij het uitzichtpunt over de Kuiseb Canyon maken wij foto’s en Luciano repareert Kees’ gesneuvelde band. Hij doet dat heel behendig met een zogenaamd ‘snotplakkie’. Dit soort Zuid-Afrikaanse woorden veroorzaken grote hilariteit onder de Nederlanders. Na de fotosessie gaan we terug naar beneden, via dezelfde route over de rotsen. Totaal onverantwoord natuurlijk, maar ik heb niets in te brengen. Dat we er ‘drolliedruk’ van krijgen lijkt me geen verrassing.
Het snotplakkie blijkt helaas niet sterk genoeg en een paar kilometer verder moet de band alsnog in z’n geheel vervangen worden. Steven en Luciano doen dat in een oogwenk. Het zijn professionals en we laten het vervangen graag aan ze over. Dat scheelt minimaal anderhalf uur reistijd.
Briefing
Na de lunch krijg ik het serieus benauwd en zo te zien blijft Yvon ook niet helemaal relaxed. Luciano gaat in het midden van de groep op de grond zitten om uit te leggen hoe we straks over de hoge zandduinen moeten rijden. Hij maakt met zijn handen hoopjes zand: ‘Some dunes are round and hard at the top, others are sharp and soft. That’s when you must be careful! Follow my instructions and communicate with each other!’
Hij vertelt dat hij voorop gaat om de duin te verkennen en bovenaan een plateautje te maken. Als hij een seintje geeft mag de eerste auto volgen. Het is belangrijk dat we het exacte momentum vinden: als we te hard gaan vliegen we eroverheen, als we te langzaam gaan blijven we hangen en komen de wielen aan voor- en achterkant vrij. Er is een moment waarop je alleen lucht ziet, het is belangrijk om dan gas te blijven geven en niet te vroeg te remmen. Timing is everything!
‘Always follow my tracks and if you slip, turn your steering wheel to the problem. Although it doesn’t feel natural, always turn to the problem.’ Voor de goede verstaander: dit betekent dus dat je in de richting van de afgrond moet sturen als de kont van de auto wegglijdt. Afijn. Lekker zo’n briefing.
Samengeknepen billen
Met een beetje buikpijn en samengeknepen billen zetten we onze reis voort. Het duurt niet lang voordat de eerste uitdaging opdoemt. ‘Car 2, let me check this obstacle.’ Luciano geeft een spuit gas en stuift met zijn monstertruck naar boven, de motor knalt en buldert. Wij staan onderaan de zandmuur met onze Mini: ‘kunnen wij hier tegenop rijden?’ vraag ik Eric vol ongeloof. ‘Ik hoop het,’ is zijn weinig overtuigende antwoord. Femke en Berto rijden met gemak omhoog, maar Kees blijft ergens halverwege hangen. ‘Stop!’ klinkt het over de radio. ‘No gas. Let the car glide back. Nice and slow.’
Kees staat weer onderaan de duin. ‘Go back. Turn to high range. Make speed. You need speed to go up.’ Kees trapt op aanwijzing van Luciano zo hard hij kan het gaspedaal in. ‘Go! Go! Duwe, duwe, duwe!!’ Als Kees en Yvon bijna bovenaan zijn, staan ze weer stil. De wielen spinnen en zand vliegt door de lucht. Wederom haalt die rottige 2.4 het niet en glijdt teleurgesteld terug.
Helden
Nu mogen wij. Eric rijdt zo ver hij kan naar achteren. Hij neemt de grootst mogelijke aanloop. Met een rotvaart scheuren we omhoog, we tikken de 100 km/per uur aan, maar vertragen net zo snel als we vaart maakten. Ik hou mij stevig vast en probeer de auto vooruit te duwen door met mijn bovenlichaam mee te bewegen. ‘Kom, kom, kom, komaaaaan!’ schreeuwt Eric. We vertragen en vertragen. De top komt tergend langzaam dichterbij, maar we zijn nog steeds in beweging. Krachttermen vliegen door de ether. En dan ineens pakken we grip in het hardere zand van de top, juichend komen we boven. Woehoeeee, we made it!
Iedereen die bovenkomt wordt als held ontvangen door toeterende auto’s, springende en dansende reisgenoten. De vreugde voor het arriveren van Kees en Yvon op de top is het grootst, hun klim was het moeilijkst. De andere auto’s rijden eerlijk gezegd met gemak naar boven, hoewel de oude Landcruiser van Calli vandaag ook met zijn hakken over de sloot ging.
D-Day in de Namib
Na een koude en winderige nacht op een willekeurige plek tussen de duinen vertrekken we voor D-day: Dunes Day. De duinen worden hoger en hoger, de afgronden steiler en dieper. Mijn maag lijkt zich constant door mijn lichaam te verplaatsen. Bovenaan de duintop, wanneer de auto kantelt, kantelen mijn ingewanden mee. Het is alsof je de hele dag in de python zit. De hele dag heb ik een onbestemd gevoel in mijn buik. Deze overdosis aan adrenaline kan mijn lichaam moeilijk verwerken.
Op het moment dat ik denk dat we er doorheen zijn, stopt Luciano ons konvooi voor een enorm gat: ‘Let me check first.’ Hij is opgegroeid in deze omgeving en kent de duinen op zijn duimpje. Zijn inschattingsvermogen van auto’s, bestuurders en duinen is feilloos. Met gierende banden stort hij zijn Toyota Hilux 4.0 in de afgrond, even is hij verdwenen en dan komt hij aan de andere kant eruit gevlogen. ‘This one is optional guys, but not for the 2.4’s!’ Gekkenwerk dus.
Gekkenwerk
Mad Max laat zich dat geen twee keer zeggen en staat al klaar om de achtbaan als eerste te nemen. Met zijn ervaring en supersterke Toyota FJ lijkt deze rollercoaster een eitje. De Zuid-Afrikanen in onze groep hebben een stuk meer ervaring met deze manier van rijden dan wij. Sommigen hebben The faces of the Namib zelfs al vaker gedaan. Omdat Luciano ons de opwinding niet wil ontnemen, nodigt hij ons uit op de stoel naast hem. Yvon pakt haar kans meteen en duikt het diepe gat in. Stuiterend van enthousiasme stapt ze daarna uit de auto: ‘Oooeeee, die was steil man! Echt vet! Je moet meegaan, joh.’
Ik hou het even voor gezien, mijn maag en darmen zitten nog tussen mijn oren en mijn hersenen tussen m’n billen. Ik ben nog gammel, maar het laatste obstakel dient zich alweer aan: de diepste afgrond. Had ik al verteld dat onze auto’s onverzekerd zijn? Wij mogen van de verhuurmaatschappij wel aan deze trip meedoen, maar schade is onverzekerd. Als we over de kop gaan of in zo’n diep gat storten, zijn de kosten voor onszelf. In de duinen komt niemand ons redden. Er rust een zware druk op de schouders van Kees en Eric.
Duinvrienden voor het leven
Voor de laatste duikeling slagen beide mannen met vlag en wimpel, we worden beloond met ‘een medicijn met 56 kruiden’. De jägermeister smaakt goed op dit moment, op deze plek. Tijd voor een groepsfoto! Het is mooi om te zien hoe we met z’n allen steeds meer een groep gaan vormen. We delen hulp, expertise, geduld, enthousiasme, stress, tips en humor. Spanning en humor zijn de beste componenten voor een mooie groepsdynamiek en het maken van duinvrienden voor het leven. Dat we allemaal zonder kleerscheuren op het volgende kamp aankomen is reden voor een feestje.
Maar eerst breng ik 10 liter water in, zodat het verwarmd kan worden naast het houtvuur. Achter de keukentent staat een houten hokje met een waterslang en douchekop, het pompje werkt op de accu van Luciano’s auto. Ik zet mijn emmertje met warm water binnen en zeep me in. Het water is god-de-lijk! Na drie dagen zandhappen en angstzweet is dit de meest welkome douche ooit. Zingend verzorg ik mijn schrale huid en olifantenellebogen: ‘Always look at the bright side of life, tudutudu tudutudutudu.’
Duizelingwekkend
Om 7.30 uur gaat de wekker. ‘Morrie, morrie, lekker slaap?’ klinkt het over het kamp. We gaan naar het strand! Geen strand waar je een handdoekje spreidt, maar een strand waar je overheen kunt crossen en diamanten kunt vinden. Of beter gezegd: kon vinden, want het mijnen van diamanten behoort tot een ver verleden. We moeten onze dieseltanks, hout en water achterlaten op het kamp. De auto’s moeten zo licht mogelijk zijn om de uitdagingen van vandaag aan te kunnen.
We beginnen met een duizelingwekkend gat dat compleet ongeschikt is voor de 2.4’s. Omdat mijn maag nog op zijn plek zit, durf ik het aan om met Luciano mee te rijden. Hij laat de auto vliegen en heeft de grootste lol in de rollercoaster die hij zorgvuldig heeft geselecteerd. Het zelfvertrouwen van onze reisgenoten groeit en bijna iedereen durft het aan om met de aanwijzingen van onze gids door het gat te scheuren. Ook wij merken dat we steeds relaxter in de auto zitten. We begonnen op de eerste dag vol spanning aan dit avontuur en na de vele beproevingen van de afgelopen dagen rijden we met steeds meer plezier en vertrouwen door het harde én zachte zand.
Magisch zand
Tijdens de rit naar het strand stoppen we bij het magische rode zand. Als je door de achterkant van je verrekijker kijkt, zie je de vele kleurschakeringen van de korrels. De kleinste details van deze omgeving concurreren met de vergezichten. De duinen lijken van fluweel, doordat de wind de toplaag in beweging brengt. De zon breekt door het wolkendek en geeft het zand een gouden gloed. Als een slang glijdt ons konvooi door de machtige heuvels. In iedere Dinky Toy zitten gelukkige genieters: ‘Car 3 loves the beautiful views, guys!’
Over de radio vertelt Luciano over de geschiedenis van het gebied, de moeilijke leefomstandigheden voor de werkers in de diamantmijnen en het gestrande schip dat we gaan bekijken. Deze fraaie omgeving is meedogenloos. En dat merken we ’s avonds bij het eten als de ‘punishments’ worden uitgedeeld. Op de laatste avond worden de missers, stuurfouten en andere onhandigheden nog eens fijntjes in de schijnwerpers gezet. Kees heeft het zwaar te verduren, maar hij is niet de enige die vast heeft gezeten. En ook het opvouwen van een puptentje blijkt voor sommigen iedere ochtend een stevige uitdaging, hoe stoer ze achter het stuur ook zijn.
Steile wand rijden
Tooooeeeet. Toooooeeeeeet. Toeeet. De claxon betekent dat het 8 uur is en het ontbijt klaar staat. Dit is het moment dat iedereen alles per direct uit zijn handen moet laten vallen en met zijn stoel, bord, bestek en mok naar het ontbijt moet komen. Het is wreed koud en mistig. ‘It rains in my tent,’ hoor ik iemand zeggen. Met handschoenen en mutsen verschijnen we in de ontbijtkring. Het duurt deze ochtend lang, voordat de zon het wint van de grijze wolken.
Het venijn zit hem in de staart zegt men wel eens. Na een stuk ‘baia lekker’ door de duinen rijden heeft Luciano een verrassing in petto voor de echte diehards. ‘It’s a highway to hell!’ schalt door de radio. ‘This one is optional guys. Come, stand next to me.’ We parkeren de auto’s een voor een naast elkaar aan de rand van een gat dat aan de linkerkant een steile wand heeft. We krijgen een ongekende demonstratie. Luciano rijdt weg uit de rij en neemt een aanloop om horizontaal langs de bovenste rand van de duinwand te crossen. Hoe hard zou dit gaan? 120 km per uur? Zijn motor buldert.
‘This place is called the wall of death,’ legt Adri uit. Ze stapt voor het eerst niet in bij haar Mad Max: ‘I’d like to see my grandchilderen grow up.’ In deze achtbaan worden auto en bestuurder tot het maximale gedreven. Je moet exact weten wat je doet, een kleine inschattingsfout kan fataal zijn. Alleen de Toyota FJ’s mogen deze pakken en Luciano geeft onze reisgenoten exacte instructies. ‘Trap ‘m, trap ‘m, you need full speed. You can do it!
Strandrace
Na de draaimolen crossen we vol gas door het groene schuim op het strand. Het vliegt om onze oren en besmeurt de auto’s, met smetvrees heb je weinig te zoeken in deze expeditie. Aan het eind van de strandrit worden we getrakteerd op een grote groep zeeleeuwen die zich waggelend van het strand naar de golven verplaatsen en wij duiken nog een laatste keer de duinen in.
We dachten dat we er al waren, maar er volgen nog een paar flinke dippies en bumps. ‘Car 2, slipface in front of you. Take it easy. After that: sharp right.’ Het zachte zand blijft verraderlijk merken we als de achterkant van onze auto bovenop een duinrug wegglijdt. ‘Car 9 slipped and stopped. We are stuck,’ geef ik door via de radio. Het ‘sturen naar het probleem’, had niet het gewenste effect.
We hangen enigszins hulpeloos schuin naar beneden. Luciano vraagt wat het probleem is, maar hoe leg ik deze positie uit in fatsoenlijk Engels? Gelukkig rijdt Steven achter ons. Hij is uitgestapt en staat al naast onze auto. Eric moet zachtjes gas geven en Steven draait het stuur op en neer. Een beetje vooruit, dan weer achteruit, totdat we verticaal tegen de duin staan. ‘And now backwards,’ instrueert Steven. We laten ons achteruit naar beneden glijden en onderaan de duin kunnen we verder. ‘Problem solved,’ laat Steven via de radio weten.
Zo is het: probleem opgelost, niets aan het handje. Wat zes dagen geleden nog een nachtmerrie leek, voelt nu als een minuscuul obstakel. Steven en Luciano draaien hun hand nergens voor om. Kees en Eric hebben een spoedcursus 4×4 rijden door mul zand gehad en dat was verdomd leuk!
Faces of the Namib
In Walvisbay nemen we met bubbles, bites en weemoed afscheid van elkaar. Het was TE GEK in alle opzichten. Faces of the Namib was een adrenaline injectie van zes dagen, het was gekkenwerk, grensoverschrijdend, het was spanning en sensatie, lol en plezier. Het was spelen in het zand voor volwassen kinderen. Het is jammer dat we afscheid moeten nemen van deze toffe groep. Partir c’est mourir un peu. Jongens, jongens wat een ervaring. Deze trip vraagt om herhaling!
Vet cool, je moet het maar durven! Héél leuk om te lezen en te zien.
Alleen al om te lezen enorm indrukwekkend, geweldig weer!
Wauw wauw wauw, wat super om naast het verhaal de foto’s en filmpjes te zien! Enorm gaaf en stoer!
Super weer hoor!
Grappig..kom op deze blog door overburen uit Zuid Afrika waarvan de dochter in jullie reisgezelschap was. Had de spannende verhalen al gehoord. Mooi avontuur in een geweldig gevarieerd land. Staat in januari wederom op programma!
Wat ontzettend leuk! We hadden een geweldig leuke groep. Mooie herinneringen. Mocht je nog vragen hebben over Namibië, mail ons gerust. Wij zijn fan van dit mooie land.
Ik wil terug !!
Dan ga ik mee!!
Samengeknepen billen, snap dat na het zien van de filmpjes héél goed. Pfft, die duinen zijn hoog!